Pagina's
dinsdag 27 juli 2021
Eén en al vriendelijk glimlachende belangstelling
Iedere dinsdagmiddag ga ik even bij mijn oude schoonouders langs. Voor een kopje thee, een praatje, een ommetje door het bos of een ritje naar het strand. Eventueel een helpende hand zo hier of daar, een klusje, een wasje. En sowieso een oogje in het zeil. Zo ben ik een klein onderdeel van een de laatste jaren steeds groeiend systeem dat er voor moet zorgen dat mijn schoonouders thuis kunnen blijven wonen, zo lang als dat gaat. En dat gaat, zo goed en zo kwaad als dat gaat. Steeds moeilijker, dat wel.
Deze dinsdagmiddag lijkt er wel iets aan de hand te zijn trouwens. Meteen als ik aan kom rijden is mijn argwaan gewekt, noem het een voorgevoel. Voor het huis van de buren staat een grote, glimmende, dure auto in de berm geparkeerd. Nu zou dat in het dorp waar mijn schoonouders wonen niet direct verbazing hoeven wekken, het is het soort dorp waar zo goed als iedereen een belachelijk grote en dure auto rijdt, maar in dit straatje valt het toch op. Hier wonen voornamelijk bejaarden. Het huis van de buren staat zelfs leeg omdat de buurvrouw van negentig onlangs in een verpleeghuis is opgenomen. Een lot dat mijn schoonouders ook als een zwaard van Damocles boven het hoofd hangt, al is dat onderwerp vooralsnog taboe. Maar goed.
Als ik langs de erker naar achteren loop en vast een blik naar binnen werp, zie ik een mij onbekende meneer in mijn stoel zitten. Een meneer die ik onmiddellijk aan de grote, glimmende auto koppel. Een keurige meneer. Gesoigneerd. Golvend grijs haar, gekapt en gekamd, beschaafd wintersportbruin, kek jasje aan. Welriekend ongetwijfeld ook nog. Eén en al vriendelijk glimlachende belangstelling.
We hebben bezoek, glimt mijn schoonmoeder mij in de gang al tegemoet, ik heb geen idee wie het is maar het is een héél aardige man. Ook mijn schoonvader is duidelijk bijzonder in zijn nopjes met de onverwachte gast, breed gebarend zit hij goedgemutst op zijn praatstoel en laat zich de welwillende aandacht goed smaken.
De deftige meneer maakt zich bij mijn binnenkomst meteen bekend als makelaar maar toch vooral als een oude klant van mijn schoonvader, die hij nu, na zoveel jaren, toch weer eens wilde bezoeken. For old times’ sake, zogezegd.
Ik weet niet wat ik er van moet denken. Dat mijn schoonmoeder niet weet wie ze voor zich heeft is inmiddels nou eenmaal de stand van zaken geworden. Mijn schoonvader lijkt erg op zijn gemak in het gesprek met de meneer en wekt de indruk dat het inderdaad gaat om een klant van vroeger, mijn schoonvader had een groothandel in koffie en dat soort zaken dus dat kan, al moet dat dan wel van ruim twintig jaar geleden zijn.
Voor ik de kans krijg de kat uit de boom te kijken is de meneer echter al uit mijn stoel opgestaan, hoeft echt geen thee meer, heeft nog bezigheden elders die op hem wachten en neemt zo snel als het fatsoen hem toelaat afscheid. Mijn schoonmoeder laat hem uit, nog altijd even glimmend. Zodra hij de kamer uit is vertrouwt mijn schoonvader mij toe dat hij zich deze meneer absoluut niet kan herinneren, maar dat het een héél aardige vent was. Nu is zijn geheugen ook lang niet onfeilbaar meer dus de meneer zal gerust ooit koffie bij hem hebben gekocht maar dat was natuurlijk niet de reden van zijn spontane bezoekje, ben ik geneigd te denken. Als mijn schoonvader vervolgens vertelt dat de makelaar naar eigen zeggen op bezoek was bij de bejaarde achterbuurvrouw, die de boel blijkbaar gaat verkopen, valt de puzzel der achterdocht voor mij in elkaar. Deze héél aardige vent is tot de verheugende ontdekking gekomen dat hier in een zeer geliefd rijke-patsers-dorp drie perceeltjes aan elkaar liggen die in eigendom zijn van hoogbejaarden. Samen één groot perceel waar de gemiddelde projektontwikkelaar wel raad mee weet. Waarop de makelaar besloot meteen maar eens even poolshoogte te gaan nemen, als héél aardige meneer. Brrr.
Als mijn vrouw de volgende dag de makelaar belt om hem namens de familie op het versteende hart te drukken dit soort bezoekjes verder achterwege te laten is deze één en al knipmessend begrip. Natuurlijk natuurlijk. Zeker zeker. Maar mocht de familie tóch van plan zijn te verkopen, dan hield hij zich uiteraard van harte aanbevolen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten