Pagina's

maandag 22 december 2014

Een under cover operatie



Wandelend langs ’s Heeren wegen kom je soms dingen tegen waarvan je natuurlijk heus wel weet dat het zo niet bedoeld is, maar waar je, met een beetje fantasie, best een kunstwerk in kunt zien. Makkelijk zelfs. Kunst en werkelijkheid liggen namelijk vaak behoorlijk dicht naast elkaar. We hadden het daar al eerder over, in de serie GeenKunst. In de Hollandse duinen bij Wassenaar tref ik een tafereel dat heel goed voor LandArt door zou kunnen gaan.
Met grote, rechthoekige, modderbruine zeildoeken is in de berm een flink stuk grond afgedekt. Toegedekt. Aan het zicht onttrokken. De zeildoeken liggen enigszins tegen een flauwe helling op, en de bovenrand ervan is hier en daar wat in de grond weggewerkt, waardoor het zeil uit de grond zelf lijkt voort te komen en zich langzaam maar zeker een weg naar beneden lijkt te zoeken, als een plastic lavastroom. In de hoek waar de twee niet even grote zeilen elkaar ontmoeten, staat een grijs, weerbarstig boompje. Het lijkt de neerstromende zeilmassa te splitsen en zo vooralsnog weerstand te bieden aan de uiteindelijk zekere overmeestering van het landschap.
De kunstenaar wil met zijn werk misschien een waarschuwing geven voor de immer groeiende stroom plastic afval die onze leefwereld overspoelt en waartegen de natuur zich de laatste decennia heeft te verzetten. Een strijd waarvan de sombere afloop zich in dit kunstwerk al laat raden: het schrale boompje zal uiteindelijk machteloos blijken tegen het plastic geweld, en geen stand houden. Als wij mensen deze zelfgecreëerde natuurramp niet een halt toeroepen, lijkt de kunstenaar te willen zeggen, zullen wij er tenslotte ook het slachtoffer van worden. Omdat de natuur het in haar eentje niet zal redden.
De werkelijkheid blijkt echter een soort van andersom. De natuur redt het prima zonder ons. Iets té goed zelfs, wellicht. De zeilen, zo verklaart een aanpalend bord, zijn hier neergelegd in een poging de Zwarte Engbloem te stuiten in haar overwoekering van het duingebied. We hebben te maken met een zogenoemde agressieve exoot. Een soort die hier van oorsprong niet voorkomt, maar, nu hij er eenmaal is, sommige originele soorten verdringt en overwoekert.
De Zwarte Engbloem, die nog behoorlijk giftig is ook, heeft zich hier waarschijnlijk gevestigd doordat haar zaad bestanddeel was van fazantenvoer. Wie dat fazantenvoer heeft rondgestrooid en met welke reden, laat zich misschien wel raden. Denk er anders maar even over na. In elk geval hebben de fazanten niet de tijd gekregen het allemaal op te eten want de Zwarte Engbloem gedijt dus uitstekend.
Om haar nu weer uit te roeien wordt er al een paar jaar drastisch gemaaid, zo vertelt het bord, maar dat blijkt onvoldoende. De plant verspreidt zich niet alleen met haar zaad, maar ook met een ondergronds systeem van wortelstokken. De zeilen zijn een nieuw experiment. Door de plant, met haar wortelstokken en al, op deze manier geheel af te sluiten van lucht en licht hoopt men haar voorgoed kwijt te raken.
Het idee voor deze methode, vermeldt het bord ook nog, ontstond tijdens het kamperen. Bij de bekende aanblik van de achtergebleven modderige rechthoek, waar eerder de tent een vrolijke week had gestaan, en waar nu zelfs het gras niet meer leefde.
Bij mij zorgt dit voor een glimlach. Ik zie een boswachter voor me die zijn tentje opvouwt, een eureka-moment heeft en dan eigenlijk geen zin meer heeft in de rest van de vakantie omdat hij nu eindelijk weet hoe hij de Zwarte Engbloem te lijf kan gaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten