Pagina's

dinsdag 10 december 2013

De Aanslag

Zijn oudste zoon moest een boek lezen, voor school. Nou was dat niets bijzonders natuurlijk, hij zat in drie havo inmiddels dus je mocht toch ook inderdaad hopen dat hij af en toe wat te lezen kreeg. En zijn jongens waren allebei al redelijk fanatieke lezers van zichzelf, de ene Harry Potter was nog niet uit of ze waren alweer halverwege de volgende Grijze Jager, maar nu moest het een boek voor volwassenen zijn. Per se. Een grote-mensen-boek. En dat was een brug die nog nooit genomen was. Een brug te ver ook trouwens, aan zijn gezicht te zien. Of papa iets kon aanraden misschien, was de vraag geweest, weken geleden alweer.
De man had de boekenkast er eens op nagekeken en uiteindelijk was de keus gevallen op De Aanslag, waarvan hij zich ook kon herinneren dat zijn zoon een jaar geleden met een half oog een gedeelte van de film mee had zitten kijken. Een veilige klassieker, niet te dik en redelijk toegankelijk, had de man zo gedacht. Hij meende zelfs behoorlijk zeker te weten dat dit boek al jaren hooggenoteerd stond in de top 2000 van scholieren leeslijstliteratuur. Samen met Ronald Giphart, dus dat was alvast geen dilemma geworden.
De weken erna had De Aanslag al snel een vast plekje op de piano gevonden, met de bladwijzer op een al even vast plekje, tussen bladzijde 10 en 11, of daaromtrent. Als de man soms vroeg hoe het ermee stond, en hoe het boek beviel, kreeg hij een antwoord waaruit zo weinig mogelijk viel op te maken, behalve dat zijn oudste zoon verder níet op zijn bemoeienis zat te wachten. Een boodschap die door de weken heen afnam in subtiliteit, waardoor de man uiteindelijk maar besloot het onderwerp te laten rusten, naast een heleboel andere, en zijn zoon in zijn pubersop te laten gaarkoken.
Tot hij hem op een middag plotseling achter de laptop aantrof, stilletjes doch ijverig tikkend aan wat bij een vlugge vaderlijke blik over de schouder een boekverslag bleek te zijn. Over De Aanslag. Dat moest hij, zo bleek bij expliciete vaderlijke navraag, morgen namelijk inleveren. Dat hij het boek niet gelezen had, zag hij alleen als een bezwaar omdat zijn vader daar zo over door bleef zaniken. Hij had het eerste stuk gelezen én de laatste bladzijde en bovendien had hij een jaar geleden met een half oog een gedeelte van de film mee zitten kijken, dat moest maar genoeg zijn, voor zo’n saai boek.
Belangstellend las de man de samenvatting die zijn zoon geschreven had. Het was inderdaad de samenvatting van het eerste stuk en de laatste bladzijde. Om aan het voorgeschreven aantal woorden te komen had hij het niet eens echt beknopt kunnen houden. Niet alleen had hij het boek niet gelezen, zo bleek uit deze samenvatting, hij had zelfs niet eens de moeite genomen dat te verhullen door bijvoorbeeld een van internet gejatte samenvatting te bewerken.
Dat hij daar dus een vette onvoldoende mee zou gaan scoren, barste de man, niet verdrietig maar boos. En dat hij dat dan ook méér dan verdiend had. En dat hij dat zelf natuurlijk ook wel begreep, hoopte hij tot slot nog dat zijn zoon hier een wijze les van zou leren.
Maar vandaag kwam hij thuis met een zeven.
Voor zijn boekverslag.
Blijkbaar had de leraar Nederlands het boek óók niet gelezen. En óók niet de moeite genomen even een samenvatting op internet te lezen. Die had in zijn tijd waarschijnlijk voor Giphart gekozen.
De man had zijn best gedaan.
En zijn zoon had een wijze les geleerd.

10 opmerkingen:

  1. En de man had ook zijn lesje geleerd vrees ik. Heb echt exact dezelfde ervaring mits je 'de aanslag' vervangt door 'het gouden ei'. Bizar.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik voorzie heftige tijden, hoor nu al af en toe dat zuchten als ik weer eens begin over wat mij nu logisch en nuttig lijkt...

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Zet je maar schrap inderdaad. Je betreedt een nieuwe en onbekende wereld, die je alleen heel af en toe vanuit de andere kant nog vagelijk bekend voorkomt.

      Verwijderen
  3. Ik ga er van uit dat dat een 7 op 10 is ?
    Ik snap niet echt wat de wijze les is die de zoon leerde...

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Vreemd toch, die zeven. Ik herinner me nog al te goed hoe de jongens zich door de verplichte leesvoer worstelden .....

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ik denk dat de zoon de volgende les leerde: je kan al eens geluk hebben.
    Ik heb vroeger vaak geluk gehad. (Dat de verfilming van een verplicht boek erg goed en gedetailleerd het origineel boek volgde, bijvoorbeeld)
    En ik ben dankbaar dat ik nu nog genoeg geluk heb in mijn leven... ;-)

    BeantwoordenVerwijderen